de vondelier nr. 6 2011

Tijdens de werkbeurten op ons complex worden er door

de groep aanwezige tuinders diverse klussen uitgevoerd.

De ene groep is bezig met onder meer het onkruid te

wieden van de hoofdpaden, een andere groep is bezig rondom het

clubgebouw, terwijl weer andere tuinders bezig zijn om het riet van

de voorsloot bij elkaar te harken en weg te brengen etc. etc.

Sommige van die klussen komen regelmatig terug, maar zo af en toe

zie en ruik je toch weer eens wat anders.

En dat vond plaats op 20 augustus jl.

Nadat mijn werkmaatje en ik de ene klus geklaard hadden,

vertrokken wij naar het clubgebouw om daar verder te gaan wieden.

Peter Huiberts had ook een klus uitgezocht en dat

was om in de middensloot bij het clubgebouw de

sloot een beetje boel op te gaan schonen.

Nadat hij het waterpak aangetrokken had, ging hij

de sloot in maar dat was toch wel effe wat dieper

dan hij dacht; dus voor alle zekerheid maar even

een balk van de ene naar de andere kant gelegd.

En daar ging hij driftig aan de slag. Het is maar goed dat er geen

geurfoto’s bestaan, want het begon me toch een beetje te stinken.

Nou ja, Peter had de eerste neus vol en aangezien de anderen en

ikzelf wat verder van hem afstonden, konden wij het wel volhouden.

Aangezien ik altijd mijn camera bij me heb, vond ik het wel leuk om

een paar foto’s van deze ochtend aan te leveren voor “De Vondelier”.

Cocky, tuin 80.

Beste tuingenoten

Even wat aandachtspunten voor de komende weken.

* Als het goed is zijn de slootkanten weer schoongemaakt.

We zijn daarbij goed geholpen door Rijnland.

Overtollig kroos en onderwater- begroeiing kunnen nog

steeds weggehaald worden om de sloot gezond te houden.

Indien er nog vragen zijn over de slootkanten, kunt u advies

inwinnen bij de tuin/werkcie.

Bij de eerstvolgende tuincontrole in november zullen we als

tuin/werkcie toch nog even kritisch naar de slootkanten kijken.

* 3 december (met als uitwijkdatum 10 december)

gaan we als het weer het toelaat bomen snoeien.

Vooral moeten we denken aan (knot) wilgen.

Ook bomen welke veel te groot zijn geworden

en voor een drastische snoeibeurt in aanmerking komen

zullen aangepakt worden.

Indien u bomen heeft welke gesnoeid moeten worden,

wordt u verzocht dit op te geven bij Henk Klaassen

tuin 42, tel. 023-5270390 of E-mail hw.klaassen@kpnmail.nl.

Takken (géén wortelstronken en fijn conifeerafval)

zullen door de dan aanwezige hakselaar worden verwerkt.

Het is wel de bedoeling dat u tijdens het snoeien zelf

aanwezig bent om misverstanden te voorkomen en vooral

ook met het opruimen van het snoeiafval te helpen!.

De tuin/werkcommissie

Het is oktober en het wordt kouder. Boombladeren verkleuren

en vallen af. De meeste planten staken hun groei en gaan in

winterrust. En sommige tuinders doen dat ook.

Ze bergen hun gereedschap op, halen bamboestokken weg, bergen

ruiten op en brengen alles naar de opslag. Wat valt er nog te doen als

het gras voor de laatste keer gemaaid en de heg geknipt is?

Plannen maken voor volgend jaar misschien?

Daar is de hele winter nog tijd genoeg voor… Niets daarvan!

Dit is de tijd om toe te slaan als je iets aan je tuin veranderen wilt.

Je hoeft nu geen planten te vertroetelen of op te binden, of de strijd

met het onkruid aan te gaan. De hele zomer heb je het net of net niet

kunnen bijbenen; dit is je kans om de natuur een slag voor te zijn.

De herfst is niet alleen de beste tijd om bomen en struiken te

verplaatsen maar ook om ze vrij te krijgen van nare onkruidwortels.

Dit omdat de grond nog genoeg warmte heeft om beschadigde

haarwortels te laten teruggroeien. Heb je last van woekerend onkruid

zoals heermoes, winde en zevenblad, vork dan de grond zorgvuldig uit.

Graaf planten uit om de wortelkluiten vrij te maken van indringers.

Het verschil met eigen wortels is gemakkelijk te zien, want indringers

zien er echt anders uit en groeien in de verkeerde richting.

Schoongemaakte grond is zwart en de natuur wil dat niet; die maakt

alles groen. Met andere woorden: onkruid groeit bliksemsnel terug,

vooral in grond die lekker losgewoeld is en veel zuurstof bevat.

In de zomer hoef je je maar even om te draaien en het onkruid staat

er weer. Het fijne aan de herfst is dat het allemaal niet meer zo snel

groeit. Nu kun je rustig bladeren verzamelen en de zwarte aarde op je

tuin mulchen. Denk je dat de buren je al raar genoeg vinden zonder

dat je de straat loopt aan te vegen, dan kun je natuurlijk ook stro

kopen in de winkel. Maar blad is gratis en niemand wil het hebben,

behalve een slimme tuinder. Er zitten weinig zaden in, terwijl wormen

er dol op zijn en meteen aan de slag gaan om je grond om te spitten.

Zo blijft hij in de winter lekker luchtig en heb je

in het voorjaar niet zo’n dichtgeslagen tuin.

Bessenstruiken genieten zeer van een mulchlaag, vooral jonge aanplant

die gevoelig is voor vorst. Je kunt ook takjes en dennennaalden

gebruiken. Al het organisch materiaal is geschikt, al is het niet op elke

plaats passend. Zo zijn dennennaalden nogal zuur. Bessenstruiken

vinden dat prima, maar een kersenboom niet. Beukenblad en

eikenblad moet je helemaal niet gebruiken. Wat je ook aangebracht

hebt, als de laag lekker dik is zal die in het voorjaar weg geharkt

moeten worden en kan op de composthoop gegooid.

Waar gemulcht was heb je dan prachtige rulle zwarte grond.

Bekijk in de herfst ook welke klussen door de rest van het jaar heen

te veel tijd en aandacht vergen en bedenk of je tuin niet (tijdelijk) op

een andere manier ingericht kan worden zodat alles het volgende

jaar gemakkelijker bij te houden is. Het voorjaar pleegt immers een

overval op ons, elk jaar weer. We weten nooit precies wanneer de

winter wijkt, maar als de natuur uitloopt, gaat alles zo snel. En dan

zijn we ongeduldig. Dan willen we aan de slag met de beplanting, er

is geen tijd om bijvoorbeeld een pad anders te leggen. Dus wil je

jezelf een mooie voorsprong bezorgen, grijp je kans dan in de herfst.

Carla en Yvonne

Op de vraag uit “De Vondelier” nummer 5 - oktober 2011,

zijn wel reacties binnengekomen, zoals o.a. wortelen,

doch helaas voor de inzenders zat er niet het juiste antwoord bij.

Het is jammer maar ook deze reis geen zak aarde naar keuze

en een medaille.

Zoals bekend, mag degene op wiens tuin de desbetreffende

foto genomen is, uiteraard die ronde niet deelnemen.

De foto was van een van onze tuinders t.w.

Jos, tuinnummer 68.

Het antwoord op de vraag was, dat dit een deel van de plant,

genaamd het “slaapmutsje” was.

De Latijnse naam is Eschscholzia Californica.

De nieuwe prijsvraag:

Welke plant c.q. boom, ziet u hier ?

(deze foto komt ook van een van onze tuinders).

Denkt u het juiste antwoord te weten op deze vraag,

zet het dan op papier samen met uw naam en tuinnummer

en stop uw antwoord in postbusnummer 80 op ons tuincomplex.

Of mail uw antwoord naar het volgende e-mail adres

schne433@planet.nl (vergeet uw naam en tuinnummer niet).

Wij zijn als commissie blij dat u ook het e-mail adres heeft gevonden

om uw antwoord door te geven; bedankt!

Uit de goede inzendingen wordt een winnaar/winnares getrokken

en zij/hij ontvangt de prijs die door het bestuur ter beschikking

wordt gesteld.

Meerdere inzendingen zijn toegestaan.

De waardebon voor een zak tuin, pot, of zaaiaarde ontvangt u van de

commissie, die alle inzendingen bestudeert, t.w. Gerard, Yvonne en

Cocky. Deze waardebon kunt u inwisselen in onze tuinwinkel.

Wij kijken uit naar uw oplossing. Heel veel succes ! ! !

De winnaar/winnares van deze prijsvraagoplossing zullen wij in de

volgende uitgave van “De Vondelier” vermelden, samen met onze

nieuwe vraag.                                                                        Cocky.

De tuin heeft vreemde kostgangers.

Sommige leven boven de grond, andere eronder.

En wil je die zien, dan moet je de spa, bats of spitvork ter

hand nemen. Vorig jaar tekende ik het contract voor een natte tuin.

Maar hij was prachtig gelegen en er stond een mooi huisje op.

Als ik nu kijk naar die eerste foto’s denk ik: optimisme is een krachtige

drijfveer in het leven, maar sommige mensen zoude toch eigenlijk

tegen zichzelf beschermd moeten worden.

Ik ben alwéér aan het spitten geslagen. Ik denk dat dat

nodig is om regenwater af te voeren door de kleilaag

heen. Eronder is de grond droog; dat zegt toch alles?

Op het stuk grond dat ik in februari heb aangepakt met

hulp van Karel zijn goede resultaten geboekt, maar om

een tuin van 250 m2 droog te leggen is meer nodig. En

wie geen creatieve plannen kan bedenken moet botte kracht inzetten.

In mijn vriendenkring is iemand – echt waar – die dit soort missies

leuk vindt. Natuurlijk ben ik zuinig op deze bijzondere loot aan mijn

vriendenboom. Nooit te beroerd om hem een fijne dag te bezorgen

nodigde ik hem uit me te komen helpen. Op donderdag zei hij ja.

Op zaterdag meldde hij zich, gekleed in een korte broek en gewapend

met een gammele schep, op station Haarlem.

Het was 15 oktober, negen uur ’s ochtends, en mijn vriend verkeerde

in een opperbeste stemming.

Die mooie gemoedstoestand wist hij de hele dag te behouden.

‘Hier had ik nu echt behoefte aan,’ zei hij, pauzerend met een glas

water. ‘Duidelijk werk, daar knapt een mens van op.’

Toen we een halve meter onder het maaiveld stonden, lag er een

bloedzuiger op mijn schop. Die kan uit een hogere grondlaag op de

bodem van de kuil gevallen zijn, maar op het land ben ik er nooit een

tegengekomen. Dus wat deed hij daar? Had hij zich ingegraven?

Als ik een onalledaags beest vind bewaar ik het in een jampot tot er

iemand langskomt die verstand van onze tuinfauna heeft, of de

nieuwsgierigheid kan opbrengen om uit te vinden met wie we het

genoegen hebben. Joke van tuin 52 mijn huisbioloog

bevestigde de eerste vermoedens over de aard van mijn vondst en

verschafte tal van bloedzuigerweetjes.

Je krijgt ze zelden te zien, maar in Nederland komen maar liefst 25

verschillende bloedzuigers voor. De medicinale bloedzuiger werd

door chirurgijns gebruikt om ziektes van het bloed te onderzoeken.

Kwekerijen zorgden voor de vermeerdering en de verkoop vond

plaats in apotheken.

Alle andere bloedzuigers in Nederland komen voor ‘in het wild’.

Het zijn zoetwaterdieren, die zich ophouden in sloten en waterplassen

Hoe herken je een bloedzuiger? Hij is familie van de regenworm,

maar zijn lijf is plat en in het midden verdikt. Aan de voor- en

achterkant heeft hij een zuignap, waarmee hij zich verplaatst.

De ogen zijn zwarte puntjes aan de voorkant, of opzij.

Hij kan er niet zo goed mee zien als wij, waarschijnlijk neemt hij

alleen licht en donker waar.

Mijn bloedzuiger lijkt op de Haemopis sanguisuga: de onechte

paardenbloedzuiger, die 15 centimeter lang kan worden.

Hij is ongevaarlijk voor de mens, maar een ware schrik voor slakken

en wormen, die hij in zijn geheel opslokt.

(De prooi is soms groter dan hijzelf.)

Het menu wordt aangevuld met andere bloedzuigers en dode vissen.

Haemopis sanguisuga leeft in het water, maar komt ook op het droge

om een hapje te eten of wat eieren onder een steen te deponeren.

Ik vind de bloedzuiger toch niet zo aaibaar, dus hij zwemt weer in de

sloot.

En op die zaterdag in oktober was onze aandacht al snel weer terug

bij het grote project.

De kuil is dicht, mijn vriend terug naar Amsterdam (‘lopen gaat,’ zo

vatte hij zijn conditie op zondag 16 oktober bondig samen).

Ik zeg dank aan de leveranciers van snoeihout en ander tuinafval.

                                                                                   Carla

Er zijn van die dagen dat ik de wereld door een kafkaiaanse bril bezie.

Doorgaans heb ik er geen last van en leef ik met een blik op oneindig

en het verstand op nul. Dé manier om te overleven en niet gillend

gek te worden. Maar af en toe ontbreekt het mij aan deze manier van

coping en zie ik de wereld om mij heen in zijn onvervalste realiteit:

rauw, surrealistisch, als een van de droomscènes van Special Agent

Cooper in Twin Peaks. Goh, ben je er zo erg aan toe Fred?

Ze hebben er pilletjes voor hoor! Gelukkig niet, maar het is een

vreemde constatering, dat de wereld om mij heen er zo erg aan toe

is. En daar zijn geen pilletjes voor.

Een voorbeeld: de kosten van de gezondheidszorg stijgen ieder jaar

weer en lijken slechts met draconische maatregelen binnen de perken

te houden. De bevolking vergrijsd en met z’n allen maken we teveel

gebruik van de apotheek, de dokter en de specialist. We worden

ouder en dat liefst in goede gezondheid. Dit wordt ons al jaren

voorgeschoteld en daarom moet er paal en perk gesteld worden aan

het consumeren van gezondheidszorg. Dat de marktwerking in de

gezondheidszorg is geïntroduceerd en ziekenhuizen marktconform

moeten werken en dat daardoor de kosten de pan uitrijzen lees je

nergens. Zo lees je nergens dat een ziekenhuis voor 2012 heeft

bedacht dat de patiënt centraal moet staan en een aantal dure

jongens voor twee weken naar de USA (of all places!!) is afgereisd om

daar te leren hoe dat moet. Verder moet al het personeel een dag

training ondergaan om te leren wat Florence Nightingale allang wist.

Kijk en dat kost klauwen met geld. Maar er moet geconcurreerd

worden, dus om de zoveel jaar moet er een nieuw logo gedacht

worden met een nieuwe “oneliner” (“Uw zorg onze zorg” , “Powered

by Excellente Zorg”, “Betrokken en Zorgvuldig”,) en natuurlijk gaat al

het oude briefpapier, enveloppen, visitekaartjes, etc. de prullenbak in

en is het ontwerpbureau weer heel wat euries rijker ten koste van

mijn en uw zorgpremie.

Patiënten hebben een “productiewaarde” en als zij terminaal zijn, zijn

zij tegenwoordig “aan het einde van hun zorgcarrière”.

Ander voorbeeld: de politie achtervolgt een auto met benzinedieven

die met levensgevaarlijke capriolen proberen te ontvluchten. Geweld

wordt hierbij niet geschuwd. Het verhaal is verder bekend: de auto

met dieven rijdt achterop een file, waarbij een dodelijk slachtoffer te

betreuren is. Wat schetst mijn verbazing? De politie krijgt de schuld,

de bijrijder krijgt de ruimte in de media om ook met zijn vinger naar

de politie te wijzen. Het is hun schuld. Zij hadden beter boetes

kunnen uitschrijven in plaats van boeven vangen.

Ander voorbeeld: in Italië treedt een premier af, die met aan

zekerheid grenzende waarschijnlijkheid seks heeft gehad met

minderjarigen. Hij spreekt de verzamelde pers toe: “de Italiaanse

vrouw is gevraagd of zij seks met mij willen hebben. 70 % heeft hierop

met ‘ja’ geantwoord, de andere 30% riep: ‘Wat, alweer !!” .

Italië verkeert momenteel in een diepe economische crisis.

Ander voorbeeld: een van de ontvoerders van biermagnaat Heineken

wil de vertoning van de film over deze ontvoering verbieden, omdat

hij “imagoschade lijdt”.

Ander voorbeeld: de Haarlemse brievenbusplasser zit nu op het

pluche van de Tweede Kamer.

Ander voorbeeld: een Amerikaanse presidentskandidaat voor de

Republikeinen zegt live op TV dat hij vier departementen wil opheffen,

maar kan er ter plekke maar drie bedenken. Einde oefening.

Ander voorbeeld: nee, hier laat ik het maar bij. Een ieder kan zelf,

mits voldoende bij zinnen, een legio aan voorbeelden bedenken.

En daarom heb ik besloten om, ondanks alle tegenslagen, de tuin nog

jaren aan te houden. Heerlijk de voeten aarden in de kleigrond, weer

met de moed der wanhoop spitten totdat ik naar adem snak. Zinloos

schoffelen, want een week later staat er toch weer “vuil” op de tuin.

Mij ergeren aan de vraatzucht van fazant en duif, mij uitsloven voor

een krop sla die in de winkel € 0,50 euro kost. Bessen kweken voor de

merels, aangevreten kolen, verregende snijbonen, afgewaaide abrikozen,

niets kan mij nog deren of uit het lood slaan. Kom maar op met die

kleine, overzichtelijke ergernissen op een zéér overzichtelijke 250 m2.!!

                                                                                                     Fred